Dinsdag 10 juli 2012
Voss – Geilo
Om zeven uur staan we op en om halfacht zitten we aan het ontbijt. We spreken nog even met het Nederlandse echtpaar dat we al eerder hebben ontmoet. Zij doen vandaag de Flåmbana treinbaan, één van de steilste spoortrajecten ter wereld. Inderdaad heel spectaculair, weten wij van een vorige reis. We checken uit en om kwart over acht rijden we weg. We hebben vandaag 160 kilometer voor de boeg. Het is tamelijk bewolkt, het weer is hier ook elke dag anders. Kijk, een bushokje. Om kwart over negen zijn we bij het veer van Bruravik naar Brimnes. We kunnen meteen aan boord rijden en betalen 118 NOKjes voor ongeveer 10 minuten varen. Trouwens, onderweg werden we nog gefotografeerd en als het goed is krijgen we thuis een rekening voor de toltunnel van 40 NOKjes.
Nou, ik hoop wel dat de stuurman de radar staande bij heeft, want een paar meter voorbij de boeg houdt de wereld op. Om half elf bereiken we de beroemde waterval Vøringsfossen. We parkeren de auto en lezen op waarschuwingsborden dat het hier verraderlijk glad is en dat het ten strengste verboden is om over de afzetting te klimmen. Sommige mensen konden het blijkbaar toch niet laten getuige een aantal bermmonumenten. Of zou er misschien in een aantal gevallen sprake van zelfmoord (sorry: ‘zelfdoding’) zijn? Feitelijk zijn het twee watervallen met een verval van 182 meter. Bovenaan staat het Fossli Turisthotel en daar rijden we naartoe. Ai, ze durven wel 40 NOKjes (€5,50) te vragen om de auto te parkeren. Nou ja, dat is handel! Hier vandaan maak ik een foto met de fish-eye. Tussen de mist en wolkenflarden door staat het er nog heel aardig op. Vanaf nu gaat het omhoog tot 1000 meter. Dit is de beroemde Hardangervidda, een immense hoogvlakte bedekt met sneeuw en ijs. De helft van de Hardangervidda is sinds 1981 Nationaal Park om het unieke toendralandschap en de zeldzame flora en fauna te beschermen. Toch is het toegestaan om hier ’s winters – met slee en ski’s uitgerust – dit gebied te doorkruisen. Een goede voorbereiding is essentieel, want de temperatuur kan makkelijk zakken tot 25 graden in de min. Rond twee uur bereiken we Geilo. Ik moet hier eerder zijn geweest, maar ik herinner me er niets meer van. In elk geval is de winkelstraat op de schop. Tja, we zitten buiten het seizoen, want Geilo is een echte wintersportplaats. Er zijn legio sportwinkels, maar de meeste zijn dicht. Lunchen hier kan nog net. Tja, verder is er werkelijk niets aan. Was er in de buurt geen andere (leukere) plaats om te overnachten? We hadden nog best een paar uur kunnen doorrijden. OK, op naar het hotel waar we rond drie uur zijn. We hebben er 145 kilometer opzitten. We krijgen een grote kamer met balkon en een (lege) koelkast. We beginnen maar om een ‘bustasje’ te maken, want morgen rijden we naar Oslo en schepen daar in naar Kiel.
Tja, de reis zit er nagenoeg op. Bij de receptie is een vitrine met Brusletto messen. Prachtig natuurlijk. Ach, je kunt ze uiteraard ook in Nederland kopen (http://www.moosecampwebshop.nl/c-285203-2/brusletto/). Toch gaat persoonlijk mijn voorkeur uit naar de F1 van Fallkniven (http://www.knivesandtools.nl/nl/pt/-fallkniven-model-f1.htm). Zelf heb ik het mes met kydex schede, dat vind ik mooier.
Om zeven uur dineren we in het hotel. Er is een buffet georganiseerd, wel zo prettig.
Er staan minstens twee bussen (o.a. eentje van www.effeweg.nl) voor het hotel, dus is het tamelijk druk in het restaurant.
Uiteraard schep ik een aantal bordjes vol. Het eten is prima, maar dat buffet laatst was toch ietsje beter. Met een biertje en een 7-up zijn we 714 NOKjes (€97,95) kwijt.