Pieterpad (jan 2006)

Lieve lezer(essen)s van mijn wandelavonturen,

Reisverslag Pieterpad (4e traject) van Doetinchem naar  Laren
vrijdag 27 januari t/m zondag 29 januari 2006




Vrijdag 27 januari 2006
Doetinchem – Linde
Ook deze keer neem ik weer een trein eerder omdat mijn ervaringen met de overstap in Utrecht niet gunstig zijn. Het betekent wel dat ik een kaartje zonder korting tot Nijkerk moet pinnen en een kaartje met korting van Nijkerk tot Doetinchem. Gelukkig is het rustig, vorige keer stond er een meisje voor me van een jaar zeventien die echt ruzie had met de kaartautomaat. Ik moest haar helpen! Wel heb je ooit! Leren ze dan niets meer op dat VMBO tegenwoordig?


               
Uiteraard is de trein weer een paar minuten te laat. Het is droog met een temperatuur rond het vriespunt. Wat het wel koud maakt, is de noordoostenwind. De afgelopen nachten heb ik slecht geslapen. Ik ben behoorlijk verkouden en heb echt halve nachten liggen hoesten. Ik had nog maar twee tabletjes tramagetic, dus dat schiet niet echt op. Toch wil ik het proberen, ik hoop dat de voettocht mij goed zal doen. In elk geval heb ik mij warm aangekleed, te weten: een thermo T-shirt, een Helly Hanssen lange onderbroek + onderhemd, een skihemd met lange mouwen, een polotrui, een softshell en een windjack. Dat moet toch voldoende zijn. Mocht de temperatuur toch nog verder dalen dan heb ik nog een extra fleece bij me. De weersverwachtingen zijn de hele week al met een grote slag om de arm. Het zou kunnen gaan kwakkelen, maar ook zouden we de ‘Beer’ uit Rusland op bezoek kunnen krijgen. In dat geval zou het wel ‘min tien’ of meer kunnen worden. De schaatsers zit het niet mee, we hebben al heel wat vorst gehad, maar op natuurijs gestaan hebben ze nog niet. Zo te horen gaat het toch min of meer kwakkelen met ’s nachts een graad of zeven vorst. In elk geval lopen we tegen de wind in, maar ja, als we in het bos lopen maakt dat toch niet zoveel uit. Als het goed is loopt Karel vanaf vandaag mee en komen Jon en Annemarie er morgen bij. Helaas waren de anderen verhinderd.
In Amersfoort loopt de trein goed vol. Ik vind het toch wel vreemd dat blijkbaar heel veel mensen niet om acht uur op hun werk hoeven te zijn. Ja, tegenwoordig heb je dat zogenaamde ‘flexwerken’. Dat kan toch niet goed zijn voor de economie, want ik weet zeker dat ze vanmiddag met z’n allen al weer vroeg aan de ‘werkmansborrel’ zitten.
Jan-Peter, doe hier wat aan!
In Utrecht zit de trein weer redelijk op schema; tijd genoeg om een aansluiting eerder te nemen naar Arnhem. Dan heb ik daar van 10.12 uur tot 11.05 uur tijd voor een bakje koffie.
In Ede-Wageningen stappen tientallen jonge vrouwen de trein uit. Zouden zij allemaal in Wageningen studeren? Me dunkt dat we al genoeg boeren hebben. Of zit er hier in de buurt zo’n toeristische school? Het lijken me er echt types voor. Wat moet dat worden?
In de reisbureaubranche gaat het aardig slecht; veel boekingen gaan via internet.
De eerste keer is dat een beetje eng, maar daarna weet je niet beter. Alleen het boeken van een vliegticket is vrij lastig, het is ook een zeer ondoorgrondelijke markt. Als ik op die sites bezig ben, krijg ik voortdurend de indruk dat ze mij proberen op te lichten.
Van de week kwam ik erachter dat het vaarschema van de rederij Doeksen beduidend is ingekrompen. Het aantal vaarten tussen Terschelling en Vlieland is nog maar een schijntje vergeleken met vorige jaren. Mijn Wadden Hop-tocht van Terschelling via Vlieland naar Texel, die ik tijdens de Pinksterdagen zou lopen, is op de oude manier onuitvoerbaar.
Ik moet alles maar eens op een rijtje zetten. Ik hoop wel dat het op een of andere manier toch kan doorgaan, het is gewoon een prachtige wandeling.
Onderweg naar Arnhem zie ik het een heel piezelig klein beetje sneeuwen. Het zou vandaag een zonnige dag worden, echter het zit potdicht. Het is niet echt fotoweer.
Hoe kan die Jantje Versteegt zich nou zo vergissen!
Intussen nog steeds geen conducteur gezien, daar koop je nou een kaartje voor!
Het zwartrijden schijnt af te nemen, nou ja, als je niet controleert vanzelf natuurlijk.
In Arnhem zoek ik eerst maar eens een koffiepunt op. Er staat een jonge dame achter het loket, voorzien van vrij weelderige vormen, mag ik wel zeggen. Ze vraagt of ik er suiker en melk bij wil. Alleen suiker alstublieft. Daarna verrast zij mij met de vraag of ik er nog wat lekkers bij wil. Even schrik ik. Dat kan ze toch niet menen? Ach, ze bedoelt natuurlijk die verleidelijke marsen en gevulde koeken die achter haar liggen. Nee, dank u. Ik bedenk me, dat ik voorlopig voldoende eigengebakken boterkoek en wat dies meer zij, bij me heb. Dat eerst maar eens opeten, scheelt weer gewicht. Op het perron ontmoet ik Karel en samen treinen we naar Doetinchem, waar we om 11.39 uur aankomen. Tot mijn verbazing is inmiddels de zon doorgekomen, Jantje Versteegt had dus toch gelijk!
We lopen het station uit richting centrum waar we de bewijzering van het Pieterpad oppakken. Hier vlakbij staat een mooie stenen stellingmolen. Tot 1908 was de molen in gebruik als graanmolen, in 1910 werd de kap gesloopt. De overgebleven romp dreigde in 1961 afgebroken te worden, echter na acties van de burgerij heeft de gemeente Doetinchem de molen in oude glorie hersteld. Onder in de molen is momenteel de VVV van Doetinchem gevestigd.

Het doet mij denken aan de molen in Ermelo, die in 1990 is afgebrand. Dat was overigens wel een spectaculair gezicht, ik moet bekennen, ik heb ervan genoten. Momenteel loopt er een actie om de Ermelose molen weer op te bouwen.
We lopen Doetinchem uit en lopen door weide en akkerland naar het dorpje Zelhem. In Zelhem doet een voortuin bijna tropisch aan. Dat zo’n cactus het in de vrieskou uithoudt! Even verder frequenteren we een restaurantje om daar te genieten van koffie met appeltaart. Voorlopig komen we niets meer tegen, het is hier toch wel bijzonder landelijk.
Een paar kilometer buiten Zelhem lopen we door het bosgebied ’t Zand. Dit waren ooit stuifzanden, je kunt het je nu bijna niet voorstellen. Het is niet exact uit te rekenen – door het afronden van de kilometers – maar hier zo ongeveer zit de helft van het Pieterpad erop! Het is nu nog maar 244 kilometer. Verderop is het oord Varssel, feitelijk niet veel meer dan een schooltje, een paar huizen en een bushalte, dat wel. We besluiten hier even te rusten, tevens een goede gelegenheid om mijn van huis meegenomen ‘kerstamandelslofjes’ op te eten. Deze kerstamandelslofjes zijn nog afkomstig van een kerstpakket en smaken nog best.
Door afwisselend bosgebied en akkerland bereiken we tegen vijf uur het piepkleine dorpje Linde. Ik heb gebeld en we kunnen terecht op de SVR camping ’t Lebbink. Er worden ook appartementen verhuurd en in één daarvan kunnen we water halen en van het toilet gebruikmaken. De eigenaar biedt ons nog een schuur aan om in te slapen, het wordt wel erg koud vannacht, maar dat aanbod slaan we af. Voor al dit moois betalen we €6,- de man. We zetten onze tentjes op en moeten gebruikmaken van een baksteen om de haringen de grond in te krijgen. Keihard bevroren! Om kwart over vijf begin ik met het bereiden van een ‘Orienty Bami’ van Knorr. Ik drink er een bekertje ‘Cape 1652’ bij, een Chardonnay 2005 uit Zuid-Afrika. €3,69 bij de AH. Toch smaakt het me vanavond niet zo, ik snap er niets van. Zo rond een uur of zeven lopen we richting dorp, nou ja: dorpje. Er is in elk geval een café, dat is al heel wat. We gaan aan de rode wijn en de Jägermeister. Het is hier ook nog lekker warm, dus na een uurtje opwarmen lopen we snel terug en duiken de slaapzak in, morgen is het weer vroeg dag.