Lieve lezer(essen)s van mijn wandelavonturen,

Reisverslag Pelgrimspad van Hardinxveld-Giessendam naar Amsterdam zaterdag 21 oktober t/m dinsdag 24 oktober 2006

Zaterdag 21 oktober 2006
Hardinxveld-Giessendam – Haastrecht
Om 08.22 uur pak ik de trein naar Utrecht. Overstappen richting Rotterdam en daar weer overstappen richting Dordrecht. Alle treinen rijden op tijd, maar zijn wel erg vol. Waar gaat iedereen naartoe? In Dordrecht stap ik in het boemeltje naar Hardinxveld-Giessendam.
Ik zit net wanneer Reino komt binnenstappen. We zijn dus compleet, want meer wandelaars hebben zich niet gemeld. Om 10.36 uur zijn we in Hardinxveld-Giessendam. Wat een reis!
Het is zonnig en niet koud. Wel staat er een strakke wind, maar die hebben we precies in de rug. Onmiddellijk na het verlaten van de trein gaan we van start. Even verder kunnen we genieten van die prachtige Betuwelijn. Hollands Glorie! Goed, er rijden nog geen treinen over, maar over een paar maanden gaat dat echt gebeuren. En elke trein is ook een beetje van ons, want op elke trein zit subsidie. En die subsidie wordt betaald van onze belastingcentjes! Weiland, weiland en nog eens weiland. Je moet er van houden, maar toch heeft het wel iets. In elk geval staan er molens genoeg. De eerste van vandaag is de Tiendwegse molen. In 1906 brandde de oorspronkelijke wipwatermolen af. De huidige molen is afkomstig uit het dorpje Noordeloos, omdat daar een stoomgemaal werd aangeschaft. Op de Giessendamse Tiendweg is een groep vrijwilligers bezig om de wilgentakken te snoeien die over het pad hangen. Keurig geregeld, zo kunnen wij tenminste lekker opschieten. Dat lekker opschieten heeft ook zijn nadeel. Ik heb Reino een tijd niet gezien en we wisselen onze laatste wandelavonturen uit. Ongemerkt missen we een pad naar links en komen daar pas een kilometer verder achter. Het hele stuk weer teruglopen is niet zo aantrekkelijk, dus klimmen we over een hek en lopen dwars door het weiland in de richting van een bosje. Daar moeten we weer op de route zitten. Het zit er natuurlijk dik in dat we straks voor een brede sloot staan en toch weer terug moeten. Dat blijkt inderdaad het geval, echter tot ons geluk ligt er een brede plank met leuning over de sloot. We lopen verder langs het bosje en steken tweemaal een verharde weg over. Over een grasdijk lopen we met rechts van ons de Giessendamse Binnenvliet.
Opnieuw een wipwatermolen. Ook deze molen is in bedrijf! Dat komt toch niet zo vaak voor. Het is vandaag wel zaterdag, zou dat het zijn? Het waterrad draait lustig rond. Zouden ze echt malen of alleen schuim kloppen? We lopen Bleskensgraaf in over het bruggetje. Volgens het boekje moet er in het centrum een restaurant zijn. Maar ja, dat is wel een stuk van de route af. Net over het bruggetje is een prachtige picknickbank en het weer is ook prima. We besluiten om hier zelf koffie te maken en te lunchen.
Verder maar weer, langs de rand van Bleskensgraaf en opnieuw weiland. Een boer is bezig om de sloot uit te diepen. Sloten genoeg, werk zat! Links is een camping, maar we willen nog een stuk verder. Na het gehucht De Donk moeten we eerst 600 meter linksaf, waarna we de brug over de Groote of Achterwaterschap kunnen nemen. Daar passeren we een aanduiding van een paalkampeerplaats. Die moet zich verderop in de oude eendenkooi bevinden. Toch maar niet, we zijn eigenlijk nauwelijks begonnen. Na het passeren van de brug moeten we dezelfde 600 meter aan de andere kant van het water terug lopen. Het pad houdt op en verder is het grasdijk. Voorlopig een kilometer of vier rechtuit langs het water. Aan het eind moeten we rechtsaf en aan de overkant van de Ammerse Boezem staat de Achtkante Molen. Dit is een grondzeiler uit 1805. Nu moeten we eerst een kilometer rechtsaf, een brug over en dan dezelfde kilometer aan de andere kant weer terug. Vanaf de brug maak ik een foto van de Achterlandse Molen. Het is een wipwatermolen uit 1596 (of eerder!). We treffen het, de potroeden worden vervangen. Op het wiekenkruis is iemand aan het werk. Wel een uitdaging in de harde wind en dat op ongeveer 15 meter boven het maaiveld. Verderop passeren we nog de Graaflandse Molen (geen foto), ook weer een wipwatermolen. Onze voorvaderen hebben toch maar goed hun best gedaan. Ook weer Hollands Glorie! Er hangt hier een vlag, nu is mij duidelijk waarom alle molens in bedrijf zijn. Het is vandaag Regionale Molendag. We lopen Groot-Ammers in en worden welkom geheten door een handwijzer. We kruisen het Floris V-pad, dat van Muiden naar Bergen op Zoom loopt. Iets voor 2007? Het is een tripje van 222 kilometer. Wij lopen naar Amsterdam, dat is dus nog 88 kilometer. Groot-Ammers geniet enige bekendheid door het Ooievaarsdorp ‘Het Liesveld’.
Straks komen we daar op enige afstand langs. Maar Groot-Ammers is ook bekend om zijn kasteel uit 1042. Van dit kasteel is niets meer over, het enige wat rest is het koetshuis. Het is intussen rond de klok van vijf en we hebben wel zin in koffie. Dat nuttigen we in café ‘Dikke Maatjes’. Echt een toepasselijke naam, want de waard mag er wezen qua omvang. Het is een echt voetbalcafé; het hangt vol met vlaggen. Als we naar buiten kijken, zien we dat het regent. Dat is niet zo mooi, straks maar het regenpak aan.
Na een half uurtje stappen we op en inmiddels is het droog. Dat zit weer mee. Op naar de pont over de Lek naar Schoonhoven. Hier ben ik eerder geweest, het Oeverloperpad komt hier langs. In Schoonhoven stelt Reino voor om te gaan eten in een restaurant. Dan kunnen we tijdens het eten het invallen van de duisternis afwachten en in het donker langs de Vlist een plekje zoeken voor de tent. Toevallig weet ik een Grieks restaurant in Schoonhoven en ik heb al bijna een maand geen Grieks meer gegeten. Ik bestel een boerensalade en souvlaki begeleid met een glas rode wijn. Ai, dit is een echt Grieks restaurant, geheel volgens Griekse traditie komt alles tegelijk op tafel. Heerlijk, ik kan niet anders zeggen. Om half acht stappen we op en na enig zoeken lopen we enige tijd later langs het riviertje de Vlist. Ik heb hier in het verleden wel eens gefietst. Het is hier erg mooi, zelfs in het donker. Kampeerplekjes zijn er niet, we passeren het ene buitenhuis na het andere.
Op de kaart staat een tentje ingetekend, maar dat is nog een kilometer of vijf, zes verderop. Oeps, dat is nog ruim een uur lopen. Gelukkig hoeven we niet bang te zijn om verkeerd te lopen, het is allemaal rechtuit langs de Vlist. Om 21.10 uur zijn we bij de camping. Wat blijkt, het is een NTKC-camping en daar ben ik geen lid van. Het hek is niet op slot en we kijken voorzichtig rond. Het toiletgebouw is afgesloten, gelukkig hebben we in Schoonhoven onze bidons gevuld met water. Er is niemand! Snel zetten we onze tentjes op. Ik hoop niet dat we vannacht gestoord worden! Gegeten heb ik al, dus in recordtijd lig ik in mijn slaapzak. Om 21.35 uur doe ik het licht van mijn hoofdlamp uit. We hebben vandaag 34 kilometer gelopen, niet gering.