Zondag 30 maart 2014
Grave – Cuijk
Ai, de wekker! Het is inderdaad twintig over vijf en nog donker. Het is niet koud, wel zit er condens aan de binnenzijde van de tent.
Helaas, ik dommelde gisteravond net in toen ik luide muziek hoorde. Hier vlakbij was een ‘boerendisco’ aan de gang. House muziek, ook dat nog. Daar had de campingeigenaar ons niet voor gewaarschuwd, maar ja ’s avonds negen uur, daar kun je eigenlijk niets van zeggen. Vervelend was het wel. Het drukke verkeer op de Hooge Weg hoorde ik ook.
Ik weet niet meer hoe laat de ‘muziek’ stopte.
Het is weer even wennen om alles met het hoofdlampje te doen, maar tegen zevenen ben ik gereed voor vertrek. Het is net aan licht, dus kunnen we zo direct de markeringen zien. We lopen terug naar de route, naar de Graafsche Raam. Het is kwart over zeven als ik deze foto van de zonsopkomst maak. Een half uurtje later lopen we Grave in. In deze flats heerst nog diepe rust. Even verder steken we de Stoofbrug over. Onder ons stroomt de Graafsche Raam. We slaan meteen rechtsaf en lopen langs de Graafsche Raam. Zouden deze vissers hier de hele nacht gestaan hebben? Nabij de volgende brug is een bermmonument. Er staat verder geen verklarende tekst bij, maar na even Googlen zie ik dat dit het 15-jarige meisje Camille Haans betreft. Zij is donderdagavond 22 maart 2012, terwijl zij met haar fiets de Elftweg overstak, door een 27-jarige man aangereden. Deze man was onder de invloed van drugs en had een psychiatrisch verleden. Reanimatie op de plaats van het ongeval mocht niet meer baten. Zij zat in 4 Havo. Tja, wat is dit nu weer. ‘Hertogin van Brabant B.V.O.’ is te lezen. Het blijkt toch echt een Mariakapel te zijn uit 1947. Grave is een oude vestingstad en Het Arsenaal is nog een overblijfsel uit die tijd. Zondagochtend om acht uur is er in Grave nog niet zoveel te doen. Een Dordsche Gevel, nou dat pak ik even mee. In 1994 heeft Defensie de Generaal de Bons Kazerne verlaten. Zouden ze deze kanonnen vergeten zijn? We lopen de binnenstad van Grave uit en slaan rechtsaf. We gaan een aantal kilometers genieten van de Maas. Het is tien over acht, maar ja, de zomertijd is ingegaan.
Dat betekent dat het nu ’s morgens een uur langer donker blijft. Hoe dat nu precies werkt snap ik nog steeds niet.
Zoals ik al stelde, genieten van de Maas, maar ook van dit strakke fietspad.Het valt mee, al na een kilometertje verlaten we het asfalt en lopen verder over de dijk. Dit is nu eens een handige hoogzit! Die kun je zo oppakken en ergens tegen een boom zetten. Zaterdags handig om thuis de ramen te wassen. Opnieuw zo’n slecht leesbaar informatiepaneel. De zwarte ster wandelt met ons mee, het schiet al aardig op naar Cuijk. Er staan al Pinksterbloemen in bloei. Toch is het nog lang geen Pinksteren. Het graspad over de dijk heeft plaatsgemaakt voor een fietspad. Deze foto maak ik achterwaarts. Wat verder slaan we rechtsaf en lopen verder in zuidelijke richting. Deze boerderij ziet er patent uit, zeker met die enorme vijver voor de deur. We steken de N321 over en lopen haaks om de korenmolen ‘Bergzicht’ uit 1815.
De molen is maalvaardig en draait op vrijwillige basis. Tja, rond de molen is een veevoederbedrijf gevestigd. Dat ziet er niet uit natuurlijk. Cuijk nog 8,6 kilometer. Wij lopen iets om, voor ons is het nog 19 kilometer. Vanaf deze kant ziet de molen er nog heel behoorlijk uit. We ‘maken’ even pauze op een bankje. Daar bereid ik koffie op mijn brandertje en eet er boterkoek bij. Volgens mij zijn dit de Broekse Wielen, nee toch niet, die liggen nog een stukje verder. De Fazantenweg ligt er mooi strak bij. Druk is het niet, op die ene wandelaar na. Dit moeten de Broekse Wielen wel zijn. Volgens Albert is dit een Dassenburcht. Zou het? Er staat sowieso geen bordje bij. Ook de Hogerkampse Weg ligt er mooi strak bij. Albert maakt tempo, hij is bijna uit zicht verdwenen. Asfalt en zondag. Dit is al het zoveelste clubje wielrenners dat wij zien. Die man met de gele helm is de ‘baas’, dat zie je zo. Overigens lopen wij nog steeds in het gebied van de megastallen. Op het megagrasveld lopen wat ganzen. Dat is hobby zeker. Hier woont de megastallenboer zeker zelf. Een paar honderd meter scheelt toch een boel stank. Iets verder slaan we rechtsaf en lopen het graspad op. Het is inmiddels half twaalf. Het is veel bewolkter dan gisteren, wel is het 20 graden in de plus. Best wel goed wandelweer. In de verte ligt het dorpje ‘Beers’. We lopen ruim onderlangs en straks slaan we weer rechtsaf. Aan het eind van het graspad staat een picknicktafel. Ik bereid thee op mijn brandertje en nuttig er een grote plak chocola bij als lunch. Hier vlakbij staat een paddenstoel.
De afstand naar Cuijk moet voor ons maal twee. Dit huis zit strak in de (buiten)latex. Het is een hele klus, ik weet er alles van. Dit zijn nog eens duidelijke informatieborden. Witte letters op een correcte steunkleur en het bord onder de goede hoek geplaatst. Ook niet teveel tekst, dat werkt toch niet. Rechts een bosstrook en links heeft mais gestaan. Ze zullen binnenkort wel beginnen met bemesten, ploegen en eggen. Dan kan de mais er weer in. Een hoogzit en een hele mooie. Zou je daar kunnen overnachten? Een pracht van een huis, het hek hermetisch op slot, en een laurierhaag rondom. In de kassen staan tafels en stoelen, dus kassen zijn het niet. Ik heb geen idee wat dit voorstelt. Weiland, een afwateringssloot en een hoogzit. Hondsdraf, tenminste daar scheld ik dit bloemetje altijd voor uit. Klopt dat?
De paardenbloemen geef ik erbij cadeau. In het echt zag het huis er prachtig uit, op de foto valt het wat tegen. Sowieso moet er iets aan de tuin gebeuren. Ook hier moet er iets aan de tuin gebeuren. Tjonge, wat een bende. Om half twee lopen we Haps in. Vanaf nu gaat het noordwaarts, op naar Cuijk. We ‘maken’ nog even pauze bij een kapelletje met naastgelegen begraafplaats. Is het tevens een Oorlogskerkhof gezien de vlaggetjes? Ik ga eens even kijken. Nee, het is het graf van ene Clémon van Lankveld. Ik vrees dat deze jongeman zich op zijn 29e heeft doodgereden. Iets verder staat de Mariamolen uit 1802. Het is een korenmolen en thans buiten bedrijf. De molen is genoemd naar Maria, een familielid van één van de laatste molenaars. Daarvoor was de molen naamloos. Naar wie zou dat familielid vernoemd zijn?
Overigens, de tuinman heeft zijn best gedaan op de coniferen. Even over tweeën lopen we onder de A73 door. Nog wat reepjes bos en een stukje Cuijk. Om tien voor drie bereiken we station Cuijk. We hebben er weer zo’n 30 kilometer opzitten. Om 15.07 uur nemen we het boemeltje naar Nijmegen. Het is nog een hele reis, maar door het vroege vertrek vanmorgen ben ik mooi op tijd thuis. Het Maas- en Peelliniepad zit erop. Albert en Sjef: bedankt!