Zondag 26 juni 2016
Holwerd – Lauwersoog
Gisteravond om 21.00 uur begon de disco! Tjonge, wat een ongelooflijke herrie.
Mijn oordoppen hielpen wel enigszins, toch kon ik door de housedreun de slaap niet vatten. Soms dommelde ik even weg, maar verder was het lijdzaam afwachten tot 02.00 uur. Inderdaad, rond die tijd werd het stil.
Om half zeven gaat de wekker, maar ik was al even tevoren vanzelf wakker geworden.
Ik bereid twee bekers thee en havermoutse pap. Het is droog en de zon komt door.
Wel is mijn tent drijfnat door condens. Even na achten ga ik op pad. Op de camping is iedereen nog in diepe rust. Ik loop weer langs de kerk, er is geen mens te zien. Oh ja, iets verder een mevrouw met een hond. Ze kijkt nogal narrig en groet me met moeite. Neem dan geen hond zou ik zeggen. Er is hier informatie betreffende ‘Waddenwandelen’. Dit betreft niet de uitgave van de LAW-stichting ‘Waddenwandelen’, want dat beloopt 276 kilometer. Wel verwarrend dat hetzelfde begrip wordt gehanteerd. Dit is toch duidelijk een opknappertje. In de regengoten begint zich bos te vormen. In de verte is de terminal van de firma Wagenborg te zien. Vandaar vaar je in 45 minuutjes naar Ameland. Feitelijk ligt daar mijn laatste traject van ‘Waddenwandelen’. Ok, Borkum ligt er ook nog, maar dat is een Duits eiland. En het betreft 25,6 kilometer. Is dat eigenlijk wel de moeite? Ik begin maar met de buitenzijde van de Zeedijk. Vanaf hier heb ik zicht op de kwelders. Tja, vrij saai eigenlijk. Ik maak een foto achterwaarts, met de zon mee. Goed is te zien dat ik enigszins schuin loop. Prettig is dat niet, ik krijg er pijnlijke heupen van. Straks het fietspad maar opzoeken. Er is hier een gedenksteen voor de op 26 juni 1943 omgekomen RAF vliegers. Is het vloed of is het hier altijd zo ‘nattig’? Iets verder kan ik de dijk op. Kijk, daar ligt het fietspad. Ik neem afscheid van de schapen. Het valt me op dat de ‘witte’ schapen toch altijd wat afstand bewaren van de ‘zwarte’ schapen. Er staat hier een informatiepaneel, maar het is geplaatst onder de verkeerde hoek. Van de Nederlandse tekst maak ik een detailfoto. Over deze kwelder gaat het dus. In het wandelgidsje wordt deze locatie het ‘Spaense Peal’ genoemd, op de kaart van Google ‘Het Skoar’. Er staan hier wat huisjes, wel eenzaam wonen hier. De aardappels staan er puik bij. Zouden het ‘bintjes’ zijn? Ik voel wat spetters en achter mij hangt een bui. Er staat iets meer wind dan gister, en de bui waait snel over. Zo te zien is dat ‘paarse’ Phacelia. Het is een groenbemester en ook een bijenplant.
Toch zie ik geen bijenkasten staan. Tegen halfelf loop ik Wierum in. Helaas, eetcafé de Kalkman is nog gesloten. Zittend op de trap naar het monument bereid ik zelf koffie. Ik heb nog boterkoek, wel zie ik dat deze twee maanden over de datum is. Hij ziet er goed uit en smaakt ook prima.
Is boter niet een prima conserveermiddel?
Ik heb van hieruit zicht op de kerk. Ik bespeur ook een standbeeld en een informatiepaneel. Het kan gewoon niet op. Op 1 december 1893 kozen 17 schepen zee, slechts 4 keerden weer. 22 Vissers vonden hun graf in de golven. Tja, de zee geeft en de zee neemt. Hier de namen van de 22 verdronken vissers. Aan de andere zijde van het monument staan de namen van nog eens 10 vissers die later verdronken zijn. Van bovenop de dijk ziet Wierum er toch weer anders uit. Rond de klok van elf loop ik Wierum uit. In de verte ligt het dorpje Nes. Geen andere wandelaars, geen fietsers, alleen schapen. Nog een kilometertje, dan bereik ik Moddergat. Vlak voor Moddergat is een voormalige garnalendrogerij. Er staat een bordje bij, wel zo makkelijk. Iets verder staat nog een informatiepaneel. Om tien voor twaalf loop ik Moddergat in. Iets verder staat dit monument. En iets verder nog een monument. Ik maak meteen een detailfoto van de plaquette.
De tekst is in de Friese taal gesteld, dat moet ik mettertijd maar eens vertalen. Er staan hier een aantal plaquettes, ik fotografeer er één. Ok, vertalen hoeft niet, hier staat de tragedie uitgeschreven in de Nederlandse taal. Er staat hier nog een rijtje authentieke vissershuisjes, nu zullen het wel vakantiewoningen zijn. Dit is de de Gereformeerde kerk in Moddergat gebouwd in 1912. In Paesens staat de Sint Antoniuskerk. In de tuin staat een informatiebord. Het heeft zojuist even geregend, vandaar de spetters op het informatiebord. Een buitenkansje, deze arbeiderswoning uit 1800. Slechts €95.000 k.k. Als ik Paesens uitloop, zie ik de korenmolen De Hond uit 1861. De molen is maalvaardig. Tja, dit is het rechte stuk richting Lauwersoog. Veel schapen en ze hebben het fietspad behoorlijk vervuild. Tot heden heb ik nauwelijks een fietser gezien, laat staan een wandelaar. De bocht in de dijk naar links heb ik achter me liggen, daar komt de bocht naar rechts.
En heel in de verte zie ik de Lauwerssluizen. Een paar spetters heb ik opgevangen, maar het was niet de moeite waard om mijn regenjack aan te trekken. Voor mij bevinden zich de Cleveringsluizen. Het zijn spuisluizen, die bij eb water lozen vanaf het Lauwersmeer naar de Waddenzee. Deze handwijzer heb ik al een aantal malen gefotografeerd. Het Nederlands Kustpad zit erop. Het Friese Woudenpad heb ik al onder de schoenzolen. Hm, het is bijna twee uur en om 14.24 gaat de bus. Om iets in het aanpalend restaurant te genieten ontbreekt de tijd. Zou de terminal van Wagenborg open zijn? Dat blijkt! Ik kan er naar het toilet en er staat een automaat waaruit ik voor €2,10 een prima bak koffie trek.
Ik lees op de monitor van Wagenborg dat het KNMI weer eens code geel (of was het oranje?) heeft afgegeven. Ze moeten bij dat KNMI niet zo paniekerig doen! We zijn niet van suiker!
Kijk, daar komt de bus al aanrijden. Er staat echt Groningen op, daar moet ik heen. Als ik op mijn gemakje in de gelede bus heb plaatsgenomen, arriveert de veerpont uit Schiermonnikoog. Tjonge, de bus wordt bestormd door jongelui, meest meiden.
Werkelijk het mooiste meisje (van de klas) vraagt of ze naast mij mag komen zitten. Gelukkig is ze superslank en blijft ze keurig op haar eigen stoel zitten. Daar ben ik wel blij mee, want de meeste meiden hebben (fors) overgewicht. Ok, ze zijn van de studentenvereniging Groningen en hebben een weekend ‘Schier’ achter de rug. ‘Nog veel gestudeerd?’, vraag ik. Maar zo te horen valt dat wel mee. Ze studeert economie, is dat met haar blonde haar en blauwe ogen wel zo’n verstandige keus, vraag ik me af. Nou, ze is ambitieus genoeg en droomt al van haar eigen zaak! Dapper hoor!
We lopen enige vertraging op, dat kan niet anders dan met zo’n overvolle bus. Is het wel verantwoord? Dankzij de ruime overstap haal ik mijn aansluiting naar Zwolle ruim. Ik kan ruim zitten, maar in Assen staat het perron eivol! Tegenover mij neemt een jong, nogal verregend stel plaats. Ik vraag of er in Assen iets te doen was, en dat blijkt de TT te zijn. Oh ja, ze zijn Engelsen en spreken Engels (maar dat is meestal het geval). Ze zijn op weg naar huis. Ik vraag het maar gewoon: hebben jullie ‘Leave’ gestemd of ‘Stay’? Dat blijkt ‘Leave’ te zijn, ik feliciteer ze van harte. Ik beloof ze dat ik de komende jaren zoveel mogelijk Britse producten zal kopen.
Verder verloopt de treinreis volgens planning. Tegen zessen ben ik thuis, waar mijn warme prakje al gereed staat. Vandaag heb ik er zo’n 25 kilometer opzitten. Nu moet ik nog het traject Groet – Den Oever dichtlopen, dan zit mijn rondje Nederland erop. Ok, de Afsluitdijk niet, maar die staat in het wandelgidsje alleen maar aangegeven als Aan- en Aftakroute. Formeel is het dus geen LAW!
Tja, ik heb in mijn eentje gelopen, dus valt er niemand te bedanken.