Lieve lezer(essen)s van mijn wandelavonturen,
Reisverslag Jordanië
zaterdag 17 november t/m zaterdag 24 november 2007Zaterdag 17 november 2007
Amsterdam – Amman
‘s Ochtends doe ik niet veel bijzonders. Ik had gisteravond mijn weekendtas al ingepakt, de laatste paar dingetjes gaan er nu in, en wat mij betreft kunnen we gaan.
Tegen twaalven komt de taxi, die ons naar het station brengt. Het is eigenlijk net te ver om te lopen met een weekendtas.
Het is zonnig, een graad of tien boven nul, maar toch voelt het frisjes aan. We zijn ruim op tijd, dat betekent een kwartiertje kou lijden. De wachtkamer annex koffiepunt wordt geëxploiteerd door een instelling en is gesloten. Vergeleken met de goede oude tijd is het wel een achteruitgang. Gelukkig is de trein op tijd, dat scheelt. Hoe het precies komt weet ik niet, maar er zijn vaak werkzaamheden rond Schiphol. Vandaag gelukkig niet, dus om 13.45 uur staan we op onze Nationale Luchthaven. We moeten naar vertrekhal 3, oh ja, tegenwoordig heet dat ‘Lounge 3’. Mijn mailtje naar het kabinet heeft wel geholpen, minister Plaskerk heeft onmiddellijk in Brussel rond getoeterd dat het afgelopen moet zijn met de 23 EU-talen. Om te beginnen moet er in Brussel één taal gesproken gaan worden. Zou dat dan toch de Engelse taal worden? Ik had toch een duidelijke voorkeur voor de Griekse taal uitgesproken! Kennelijk is mijn mail niet goed gelezen.
Goed, inchecken bij balie 21. We zijn niet de eersten en na twintig minuten wachten zijn we aan de beurt. We worden geholpen door een roodharige jongedame, die niet alleen haar vak beheerst, maar ook buitengewoon behulpzaam is. Ze is zo vriendelijk om onze – door de reisorganisatie – geboekte stoelen te ruilen voor plaatsen bij de nooduitgang.
Het is toch een eind vliegen en nu kan ik mijn lange benen tenminste kwijt. Mijn dank is groot.
Op naar de paspoortcontrole. Er zit een Wachtmeester der Eerste Klasse in het ‘hok’.
Ik wens hem ‘Goedemiddag’ en noem daarbij – zoals dat hoort – zijn rang. Daar kijkt hij wel even van op. Tja, het is gewoon een weet(je).
Om 14.15 uur lunchen we bij ‘Sandwich Island’. We hebben hier al vaker gezeten, en ik vind het wel sfeervol.Na een uurtje stappen we op en lopen langs, en door de winkelgalerij. Ach, taxfree is het toch niet meer, dus blijft het bij kijken. Tegen vieren gaan we door de security check.
Ons toestel is ietwat vertraagd en komt net aanrollen. De blokken gaan voor de wielen, de ‘prik’ gaat eraan, de warme hap komt aanrijden en de slurf gaat zo direct tegen het toestel. Met de organisatie op Schiphol zit het wel goed. Het is een Airbus A320 zie ik, dat zit mee, ze vliegen fijner dan een Boeing 737.
Bovendien is de body wat breder, zodat de stoelen ook wat breder zijn. Om 16.15 uur kunnen we boarden en inderdaad zitten we op rij 10 aan de nooduitgang. Dat heeft die jongedame toch keurig voor ons geregeld! Ik zit ruim, maar zie dat de ‘gewone’ stoelen ook op ruime afstand van elkaar staan. Dat Royal Jordanian is niet verkeerd en ik zie bovendien dat het toestel vrij nieuw is. Volgens mij wordt het vandaag een ‘volle bak’, zo langzamerhand zijn zowat alle zitplaatsen bezet. Alle stoelen zijn voorzien van een ‘eigen’ TV-scherm. Voor mij hoeft dat niet zo, ik ben niet zo’n filmfanaat. Om 17.05 uur rollen we achteruit, om vervolgens vijf minuten stil te staan. Dan gaan de motoren aan en taxiën we richting startbaan. Helaas, intussen is het donker geworden, dus foto’s maken is er niet meer bij. Precies 17.25 uur zijn we los. Als we op hoogte zijn, komen de dames iets te drinken rondbrengen. Dat is wel nodig, want sinds een tijdje mag je geen vloeistoffen meer meenemen in de handbagage. Deze maatregel hebben we te danken aan de moslimextremisten. Nog bedankt! Daarna komt het warme eten door en ik moet zeggen: het ziet er prima uit en het smaakt ook prima. Wat minder is, we komen in slecht weer terecht. De stoelriemen moeten vast en ook het cabinepersoneel moet gaan zitten.
We bonken aardig heen en weer en ik moet goed mikken met mijn vork, anders komt mijn eten in de verkeerde mond terecht. Het valt mee, na zo’n kwartiertje hebben we het ergste gehad. Intussen zijn we al aardig op weg, op mijn TV-scherm kan ik mooi zien hoe we vorderen. De grens met Bulgarije komt eraan en het is nog zo’n 21/2 uur vliegen. Drie kwartier later zitten we al tussen Griekenland en Turkije in. Nu zijn we er bijna, we zitten boven Israël, en de hoofdstad van Jordanië (Amman) staat op het scherm. Zoals ongetwijfeld bekend is Jordanië tweemaal zo groot als Nederland. Precies 21.45 uur touch-down, plaatselijke tijd 22.45 uur. We hebben er dus 4 uur en een kwartier over gedaan. Buiten het vliegtuig staat een bus klaar, die ons in een paar minuten naar de aankomsthal rijdt. De bagage komt snel door, het visum is door de reisorganisatie geregeld, dus passeren we vlot de immigratie. We worden opgevangen door een Engels sprekende medewerker van het reisbureau, die ons naar de gereedstaande bus leidt. Onze groep bestaat uit 16 personen en dat is een prima aantal. De medewerker vertelt ons tijdens de busreis enige bijzonderheden en na zo’n half uurtje bereiken we ons hotel. De sleutels krijgen we snel, één van de voordelen van een kleine groep. Naar de kamer, uitpakken en onder de douche. Het water in Jordanië is ondrinkbaar omdat er (veel) chloor inzit. Overigens ben ik van mening dat water iets is om je mee te wassen. Gelukkig is er een koelkastje, dus trakteer ik mijzelf op een biertje. Tegen enen liggen we in bed.