Donderdag 17 maart 2016
Nes Ammim – Urban kibbutz Mish’ol – Jonathan Cook – Nazareth – Nes Ammim
Om kwart voor zeven staan we op en een half uurtje later genieten we het ontbijt. Nou, het ontbijtbuffet ziet er weer geweldig uit! En alles is kosjer! Om kwart over acht loop ik naar de bus en maak onderwijl een foto van deze bloem. Als u wilt weten wat de benzine hier kost moet u de Shekels even omrekenen naar Euro’s. Als we op weg 4 zuidwaarts rijden komen we langs zo’n verwoest Palestijns dorp.
De begraafplaats is intact gebleven (en wordt door nazaten onderhouden), maar het dorp is verdwenen onder een shoppingmall. Tegen halftien bereiken we Nazareth. Het is nog een grote stad ook! We beginnen vandaag met een bezoek aan een ‘stadskibboets’. Een ‘stadskibboets’? Wat moet ik me daar nu bij voorstellen? Ik begin met de informatie die we van Maaike hebben gekregen.
Urban kibbutz Mish’ol, https://en.wikipedia.org/wiki/Urban_kibbutz
Een stedelijke kibboets is een kibboets gelegen binnen een bestaande stad. Er wonen ongeveer 2.000 leden in stedelijke kibboetsen in Israël, de meesten van hen zijn betrokken bij onderwijs en sociale projecten.
Vier van de stedelijke kibboetsen behoren tot de Kibbutz Movement, de rest − meer dan 100 − niet.
Hoewel er pogingen zijn geweest om stedelijke kibboetsen te stichten in de vroege 20e eeuw, was hun succes beperkt en de meesten zijn mislukt.
Het idee werd nieuw leven ingeblazen in de jaren ’70, toen ze werden ingesteld als coöperatieve gemeenschappen door vroegere kibboets-leden en afgestudeerden van de Nahal (Fighting Pioneer Youth) programma.
Ze waren ontstaan om de kibboets-levensstijl te behouden, waarbij ze bewogen naar het maatschappelijk middenveld, maar recentelijk werden ze gezien als een manier om sociale problemen te bestrijden. In het jaar 2000 is Kibbutz Mish’ol door 25 mensen opgericht om te leven op de gedeelde manier in de traditie van de kibboetsen.
Kibbutz Mish’ol heeft al ongeveer 100 volwassen leden en 30 kinderen waarvan de oudere in het tweede leerjaar zitten. Bovendien blijft het fungeren als een seculiere intentionele gemeenschap voor zowel Joden als Arabieren.
We worden welkom geheten door Ohad. Hij is 42 jaar oud en woont met veel plezier in deze ‘stadskibboets’. OK, het wordt me al snel duidelijk, dit is gewoon een woongroep. En niet zoals de onze uitsluitend voor senioren, nee, deze is voor alle leeftijden. Ohad heeft vier jaar gediend in het Israëlische leger en de dienst verlaten als officier. Met een aantal ‘dienstkameraden’ zijn ze toen deze stadskibboets gestart. Het loopt goed en momenteel wonen ze in dit (grote) gebouw met 73 volwassenen en 54 kinderen. Om het overzichtelijk en ‘behapbaar’ te houden, wonen ze verdeeld over de etages en de vleugels van het gebouw in zes groepen. Niet alle groepen functioneren hetzelfde. In de ene groep genieten ze alle maaltijden samen en in een andere groep eten ze gezamenlijk eenmaal per week.
Wel storten ze hun inkomsten in de ‘pot’ en ieder krijgt daaruit wat hij/zij nodig heeft.
Een behoorlijke kostenpost zijn de tien auto’s die ze samen delen. Tjonge, dit is het pure communisme. Als dat op termijn maar goed gaat!
Nou, Ohad is enthousiast genoeg, aan hem zal het niet liggen. Zoals deze stadskibboets zijn er nog een tiental in Israël. Van de vele tientallen agrarische kibboetsen die er toentertijd waren zijn er nog een tiental over. Het ‘oude’ ideaal wordt niet meer door de regering ondersteund. Een aantal kibboetsen is overgegaan op het fabriceren van industriële producten.
De volwassenen hier werken in Nazareth of nog wat verder weg. Sommigen blijven thuis en vangen de kinderen na school op. En sommigen hebben een ‘thuiswerkplek’ op deze locatie.
Zelf werkt Ohad als leraar in de naschoolse opleiding. Sport, het bijbrengen van sociale vaardigheden, normen en waarden, het samenleven van Arabieren en Israëliërs en creativiteit stimuleren zijn aandachtsgebieden. Tja, dit zijn de aspecten die mij het meest aanspraken.
We krijgen nog een rondleiding. In de vergaderruimte hangen mooie collages. De kinderzitjes worden gewoon gedeeld, waarom ook niet. Er is een bibliotheek. Een ontmoetingsruimte. De keuken van één van de zes groepen. De muziekkamer. De hobbyruimte. Hier heeft iemand zijn thuiswerkplek ingericht. De afgesloten (dus veilige) speelplek voor de kinderen. En als laatste een foto van het gebouw dat ze voor vijf jaar gehuurd hebben. Daarvan zijn er inmiddels drie voorbij. Nou, ik vond het bijzonder interessant!
☆
Bijdrage groepslid …
☆
We stappen weer in de bus en rijden naar Mary’s Well. Oh wacht, dat ging niet door, meen ik mij te herinneren. In plaats daarvan bezoeken we de Orthodox Church of Annunciation and Mary’s Well. Weet een groepslid nog wat voor een kerk dit nu precies was? In elk geval maak ik een serie foto’s. Het is best wel een hele mooie kerk. Buiten ontwaar ik graffiti. Nakba Day, dat betekent de dag van de catastrofe, de dag van de stichting van de Israëlische Staat. Daarna gaan we naar Sally (een Israëlische Palestijnse) die getrouwd is met de Britse journalist Jonathan Cook (http://www.jonathan-cook.net). We kunnen voor de lezing terecht in dit hotel (12 kamers) waar Sally ook werkt. Nou, Jonathan is een gedreven voorvechter van de Palestijnse zaak. Bekijkt u zijn website maar eens. Sowieso heeft hij drie boeken over deze kwestie geschreven. Jonathan vertelt dat Nazareth als enige stad in Israël Palestijns is gebleven. Sally vertelt dat de Palestijnse burgemeester van Nazareth vreselijk corrupt is. Tja, dat corrupt zijn lijkt wel de norm onder de Palestijnen. Voor mij is nieuw dat Ben Gurion (de eerste premier van Israël) geen Palestijnen in Israël wilde hebben. Hij was bang voor hen en in een geheime operatie gaf hij in 1948 opdracht om de Palestijnse dorpen te vernietigen. Ilan Pappe heeft dat beschreven in zijn boek ‘De etnische zuivering van Palestina’. Dat boek heb ik inmiddels besteld, maar helaas moet ik wachten tot het herdrukt is.
Jonathan vertelt dat er in Israël twee soorten ‘burgerschap’ zijn, één voor de Palestijnen en één voor de Israëliërs. In Israël wonen mensen met 130 nationaliteiten, maar de nationaliteit ‘Israëliër’ bestaat niet. Israël is een Joodse Staat, dus je bent ‘Jood’. Dat wist ik allemaal ook niet. Ai, er zijn voor Palestijnen restricties voor wat betreft grondaankopen en het verkrijgen van water (voor landbouw). Jonathan maakt zich zorgen omdat uit het laatste onderzoek blijkt dat 48% van de Israëliërs de Palestijnen weg wil hebben, eventueel zonder hen daarvoor te compenseren. Verder de steekpartijen die de laatste tijd plaatsvinden en de bomaanslagen, dit alles baart hem zorgen. Tjonge, interessant allemaal of beter gezegd indrukwekkend!
☆
Bijdrage groepslid …
☆
OK, na deze informatie bekijken we het hotel en vanaf de balkons maak ik foto’s. Daarna maken we een rondwandeling in de omgeving. Hm, de meeste winkeltjes zijn dicht, maar misschien zijn we hier op het verkeerde moment. Ook bezoeken we de ‘Witte Moskee’. Ik mag zelfs een kijkje binnen nemen. We hebben nog een kort bezoek aan Nazareth tegoed. Eerst de informatie die we van Maaike hebben gekregen.
Nazareth, https://nl.wikipedia.org/wiki/Nazareth_(Isra%C3%ABl) , https://en.wikipedia.org/wiki/Nazareth
Nazareth is een stad in Israël en het centrum van de enige hoofdzakelijk Palestijns-Arabische agglomeratie in het land. De plaats ligt in het noorden van Israël, in Centraal Laag-Galilea. In het Nieuwe Testament wordt Nazareth vermeld als de stad waar de geboorte van Jezus werd aangekondigd aan Maria en als de plaats waar hij opgroeide.
Er zijn echter weinig restanten uit deze periode gevonden. Nazareth was in de oudheid een tamelijk onbelangrijk plattelandsplaatsje met een oppervlakte van niet meer dan 4 hectare, waarvan men de bevolkingsgrootte in deze periode op minder dan 400 personen schat. Pas in de vierde eeuw na Christus, toen het christendom een voorname plaats in het Romeinse Rijk ging innemen en de pelgrimage naar Palestina op gang kwam, werd Nazareth een plaats met grotere betekenis. In het Verdelingsplan van de Verenigde Naties (Resolutie 181, november 1947) aangaande het Britse Mandaatgebied Palestina lag Nazareth in het Arabische deel. In 1948 veroverde Israël het noordelijke gebied ervan en kwam Nazareth in Israël te liggen. Eind 2007 woonden er 65.500 burgers in de stad waarvan twee derde islamitisch en een derde christelijk. Een in 1956 gestichte voorstad, Nazareth Illit, heeft een overwegend Joodse bevolking. Samen met de eromheen gebouwde wijken heeft Nazareth 210.000 inwoners, waarvan 85.000 Joden.
De stad is een belangrijk dienstencentrum voor de eigen bevolking en de gehele omgeving, met name inzake groothandel, kleinhandel, onderwijs, regeringsdiensten (samen met Nazareth Illit), religie, amusement, horeca, welzijn, gezondheidszorg en financiën. Het toerisme is een belangrijke bron van inkomsten voor de stad, voornamelijk van christelijke pelgrims uit het buitenland en Israëlische dagjesmensen. De economie van de stad werd dan ook zwaar getroffen door het geweld tijdens de eerste en de tweede intifada, vanwege het wegblijven van toeristen.
In dit winkeltje is de ‘echte onvervalste’ Arabische koffie te koop. Zoals bekend is het aan mij niet besteed. Door de soek lopen we naar de Kerk (Basilica) der Aankondiging, daar staat hij! Zoals bekend zijn we hier in 2014 ook al geweest, maar het is altijd leuk om ergens terug te komen.
Deze Basilica is gebouwd in 1969 op de resten van de oorspronkelijke Byzantijnse kerk en de daarop volgende kruisvaarderskerk. De Basilica is de grootste christelijke kerk in het Midden-Oosten. Op deze locatie (gaat het verhaal) zou de engel Gabriël aan de maagd Maria zijn verschenen. Tja, dat begrip ‘maagd’ berust op een vertaalfout. Toentertijd is het in de Hebreeuwse taal gestelde Oude Testament (mogelijk alleen de eerste vijf boeken) voor de Griekstalige joden woonachtig in Alexandrië vertaalt in het Grieks (de Septuagint vertaling). Het Hebreeuwse begrip ‘betula’ ofwel ‘jonge vrouw’ is toen abusievelijk vertaald in het Griekse ‘parthènos’ en dat betekent ‘maagd’. Zie daartoe hoofdstuk 2 van het zeer leesbare boek van Marcel Hulspas: ‘En de zee spleet in tweeën’.
Uit de Egyptische mythologie kennen we de godin Isis en haar zoon Horus.
De overeenkomsten zijn opvallend te weten de ‘maagdelijkheid’, de ‘altijd bijstaande moederfiguur’ en ‘Horus/Jezus op schoot’. Is de christelijke cultus rond Maria eigenlijk de Isiscultus gestoken in een nieuw jasje?
Het hek is gesloten, maar aan de zijkant kunnen we naar binnen. Ik sta met mijn rug tegen het hek en alleen met de fish-eye krijg ik de Kerk der Aankondiging erop. Het is niet alleen een kerk, maar een groot complex. Bovenop de heuvel staat nog een kerk. Er is een ‘Kruisgang’ gecreëerd met mozaïeken uit de ganse wereld. Hm, een aantal groepsleden heeft er geen behoefte aan om de Kerk der Aankondiging te bezoeken. Tja, we hebben al zoveel gezien (en gehoord), op een gegeven moment is het genoeg. Zelf ga ik wel even binnen kijken.
De koepel omspant de crypte waar de engel Gabriël aan Maria zou zijn verschenen. Voor het bekijken van de crypte is zoals gewoonlijk veel belangstelling. Zelf ga ik niet in de rij staan, dat heb ik twee jaar geleden al gedaan. En zoveel tijd hebben we nu ook weer niet, we hebben nog een vaartocht tegoed.
Buiten neem ik afscheid van Maria. We stappen weer in de bus en rijden naar het Meer van Tiberias. Vanuit de bus schiet ik nog een aantal foto’s. Kijk, daar ligt het Meer van Tiberias. En dat is onze boot. Het lijkt de Ark van Noach wel. Als we van wal steken wordt de driekleur onder het afspelen van het Wilhelmus in top gehesen. ’t Is niet te geloven! En dan is het varen geblazen. Het is al dik na vijven, de zon begint achter de bergen te verdwijnen. Overigens, het Meer van Tiberias is 21 kilometer lang en 13 breed. De gemiddelde diepte is 25,6 meter en de maximale diepte is 43 meter. De waterspiegel schommelt rond de -212 meter en daarmee is het één van de diepst gelegen meren ter wereld (de waterspiegel van de Dode Zee ligt op -429 meter en is daarmee de laagst gelegen plek op aarde).
Oeps, we moeten bijdraaien. Het is een gewone controle, de boete is niet mis ($3.000,-) als de vergunning niet in orde is. We zijn er bijna, als het goed is staat de bus op ons te wachten. Het klopt en om zes uur gaan we rijden. Tegen half acht zijn we in Nes Ammim. Eerst gaan we dineren en daarna de reis evalueren.
Ik begin met een bordje rijst. En dan een bordje salade. En als laatste een taartje met koffie. OK, als laatste onderwerp van vandaag de evaluatie. Nou, het was een zeer leerzame reis. Ik heb veel opgestoken. Misschien dat het Israëlische standpunt wat minder uit de verf is gekomen. Vermoeiend was het wel, elke dag zat boordevol activiteiten. Er komt nog een reünie, dat lijkt me leuk. Ik heb al een aantal boeken van de leeslijst gelezen (zie pagina 13), maar nog niet allemaal. Ik ben voorlopig niet uitgestudeerd.
Zou de Israëlisch <> Palestijnse kwestie ooit worden opgelost? Dat is de vraag. Naar mijn mening laat het Palestijns Nationale Handvest daartoe niet veel ruimte (zie pagina 11).
De mening van Toon Kasdorp kunt u vinden op pagina 12.
Morgen vroeg dag, we gaan naar huis!