Zondag 4 april 2010
Horn – Boxmeer
Van acht tot negen uur genieten we van een prima ontbijtbuffet. Daarna rekenen we af en gaan de tassen op de fietsen. Via Haelen fietsen we naar het Leudal. Hier heb ik met het Peellandpad gewandeld, dus deze watermolen ken ik. Het is de Ursulamolen en ook deze keer is het bezoekerscentrum gesloten. Nog iets verder staat de Onze Lieve Vrouwe in het Sant kapel. Er zijn een aantal mensen in gebed verzonken, maar ja, het is vandaag paaszondag. Via Neer en Kessel-Eik fietsen we naar Kessel. Onderweg krijgen we een paar keer een buitje voor de kiezen, maar het zicht op de Maas vergoed veel. In Kessel stoppen we even en bekijken het kasteel. Helaas is alle horeca nog gesloten. We fietsen door naar Baarlo en dan volgt Blerick. Hier komen we bij toeval langs de Frederik Hendrik kazerne. In deze kazerne heb ik toentertijd mijn groot rijbewijs gehaald en daar heb ik tot heden veel plezier van. Tja, de kazerne is al een aantal jaren geleden gesloten en wacht op sloop. De gebouwen uit 1913 zijn ook niet meer van deze tijd en ombouw naar appartementen is een kostbare geschiedenis. Toch gaat er op deze manier een stuk cultuur verloren.Helaas, ook in Blerick is alle horeca gesloten, je zou in zo’n Limburgse stad toch anders verwachten. Hoewel, als we Blerick bijna uit zijn zien we een café dat open is. Het is wel een vrij ruige boel hier, maar koffie en thee hebben ze. We krijgen nog een forse bui over ons heen, maar we zijn net op tijd binnen.
Aan de rand van Grubbenvorst genieten we in een bushokje onze lunch. Gelukkig hadden we het nodige bij ons. Als we Grubbenvorst in fietsen zien we dat de ijssalon en een restaurant open zijn. Nou ja, nu hoeft het niet meer.
OK, verder maar weer. We laten Lottum rechts liggen en vlakbij Broekhuizen ontwaren we een… theetuin (www.deroodevennen.nl/). Kijk, daar hadden we precies behoefte aan.
We laten ons de – verlate – KMA goed smaken. De zon komt een beetje door, maar helaas, later vallen er weer de nodige buien. Na Broekhuizen volgt Broekhuizervorst, Meerlo, Wanssum, Geysteren, Maarhees en Vierlingsbeek. Onderweg nog dit mooie doorkijkje op deze watermolen. Tja, we krijgen weer een aantal kilometers ‘niemandsland’, verderop ligt Boxmeer.
Dat moeten we gaan halen, daar is weer een mogelijkheid om te overnachten. Ook hier hebben we niets geboekt, afwachten dus maar. Het wordt doorbijten over opnieuw modderige zandwegen. Pas rond half zes fietsen we Boxmeer in. Is hier een hotel of B&B? We vragen het maar even. Inderdaad is er verderop een hotel en tegenover het station nog een. Nou, het eerste hotel ziet er tamelijk sjiek uit, daar durven we met onze modderschoenen niet naar binnen. Het hotel tegenover het station ziet er wel erg, tja, in de serre zitten een aantal gezinnen aan de patat. Nou ja, we stappen maar naar binnen.
We worden echt hartelijk ontvangen. Een kamer is beschikbaar en we kunnen hier eten ook. De fietsen kunnen we kwijt in de feestzaal. De teller staat op 84 kilometer.
We gaan eerst maar eten, we gaan zowat van de graad. Ai, de rode huiswijn is prima, dat verwacht je eigenlijk niet. We krijgen een mandje brood en bestellen tomatensoep. Tjonge, hier waren we wel aan toe, heerlijk. Daarna volgt de Spies ’t Vertrek met piri pirisaus.
Dit gerecht smaakt voortreffelijk. Wel een beetje vreemde naam, maar nu weet ik het weer, het hotel heet ’t Vertrek (www.tvertrek.nl/).Van al dat fietsen krijg je toch wel trek. Ik bestel nog een advocaat ijs. Ook dit gerecht ziet er optisch goed uit en het smaakt ook goed. ’t Vertrek mag wel zuinig zijn op zijn kok. Op naar de kamer en onder de douche.
Tegen tienen kruipen we erin. Wel hoor ik nogal harde muziek of eigenlijk denk ik een spelcomputer te horen. Dit kan natuurlijk niet. Ik bel naar de receptie en meteen is het stil. René en Ingrid: bedankt!