Lieve lezer(essen)s van mijn wandelavonturen,
Reisverslag Veluwe Zwerfpad van Nieuw-Milligen tot Vaassen
van vrijdag 23 februari t/m zondag 25 februari 2007
Vrijdag 23 februari 2007
Nieuw-Milligen – Elspeet
Ruim op tijd sta, of liever zit ik, bij bushalte ‘t Weitje. Het is zonnig en een graad of acht boven nul. Tja, dit jaar geen winter. Ik heb nog niet één keer sneeuw geruimd.
Vanmorgen las ik het mailtje van Reino dat ze geblesseerd is en niet mee kan wandelen. Wat een pech! We gaan dus met z’n drieën.
Er komen vier YPR-765 Pantser Rups Infanterie voertuigen voorbijrijden, het 25 millimeter Oerlikon kanon op 12 uur. Waarschijnlijk zijn ze op weg naar de Generaal Spoorkazerne. Zij liever dan ik! Ik vraag me af wanneer deze voertuigen vervangen gaan worden, ze gaan alweer zo’n 25 jaar mee. Ik heb toch heel wat kilometertjes achter het stuur, of beter gezegd, achter de sticks gezeten. Het valt me wel op dat het erg druk is op de weg, tenslotte is het voorjaarsvakantie en ik denk dat men het ervan neemt.
Precies op tijd komt bus 104 voorrijden. Er zit één (1) jongeman in, die een halte verder uitstapt. Wel een buitenmodel taxi voor mij alleen. In Elspeet stappen er vier mensen in, waarna de chauffeur uitstapt. Buiten de bus rolt hij een zware Van Nelle en steekt er geroutineerd de brand in. Voor ons staat een andere bus. Aan de achterzijde van deze bus is een grote reclame van Tenpur matrassen: ‘Met welke klacht gaat u slapen?’
De tekst wordt toegelicht door een naakte dame, gezien vanaf de achterzijde. En dat in Elspeet, gelegen middenin de Bible Belt. Tja, dat krijg je als de BBA uit Brabant de bus exploiteert. Daar zijn ze wat lichter in geloofszaken dan hier.
Overigens, het is prachtig weer, het lijkt wel voorjaar. Toch ziet het er voor de komende dagen niet best uit, er wordt veel regen verwacht. Toch jammer dat er geen sneeuw ligt.
In Uddel stappen er nog vier dames in. Het valt mij op dat de roklengte van deze tieners aan de korte kant is. Moet ik daar nu wat van zeggen? Ik doe het maar niet, zo te horen gaan ze in Apeldoorn naar school en mogelijk worden ze er met een lange rok uitgelachen.
Precies om 11.00 uur naderen we Nieuw Milligen. Ik zie Karel al bij de bushalte wachten. Na even wachten komt ook Ab aanlopen, we zijn compleet en kunnen op weg. Helaas is restaurant Buds nog gesloten, de KMA moeten we maar op een andere locatie nuttigen. Eerst lopen we anderhalve kilometer in zuidelijke richting over het fietspad. Ik heb de coördinaten voor de zekerheid ingeladen in mijn GPS, zodat we het zandpad linksaf niet missen. Gelukkig zie ik de markering, het begin is goed.
Ai, ook hier heeft de januaristorm goed huisgehouden, veel bomen liggen op één oor.
De markering is afwezig, mogelijk als gevolg van de storm en op goed geluk draai ik linksaf. Even verder blijkt het niet te kloppen, we hadden ondertussen het Kootwijkerven moeten zien. Het begint ook nog te regenen, erg fijn nu ik op de kaart moet kijken.
Ik raadpleeg mijn GPS en wat blijkt, we zitten veel te ver naar het Westen. Ik was er al bang voor. We besluiten door te lopen en het volgende pad rechtsaf te gaan. Het klopt en even later staan we bij het ven. Ik weet nog van een vorige wandeling dat er verderop een bank staat. Daar zetten we de rugzakken neer, trekken onze regenjacks aan en nuttigen staande een broodje. Paddenstoel 21462, hier moeten we rechtsaf. De markering doet gelukkig goed mee.
Nog 2,3 kilometer, dan zijn we in Assel, hopelijk is het restaurant open. Onderweg zien we nog een ‘zoelplaats’, dat is een plek waar wilde zwijnen een modderbad nemen, waarna zij zich schuren tegen een boom. De parasols staan uit, altijd een goed teken en inderdaad, Halte Assel is open. Het heet: ‘Halte’ omdat er hier tijdens het bewind van koning Willem III een station was. We zijn de enige gasten, maar dat weerhoudt ons er niet van om ons de KMA goed te laten smaken. Ondertussen is het droog geworden, de regenjacks kunnen weer in de rugzak. Eigenlijk is het prima wandelweer, er staat geen wind en het is een graad of twaalf. En dat in februari!
Links van ons ligt de Asselsche Heide, het is een grote vlakte zonder weg of zandpad.
Eén grote verlatenheid. Rond een uur of twee lopen we Hoog Soeren binnen. Omdat we een rondje lopen, komen we morgenavond wéér door Hoog Soeren.
Aangezien de camping nog gesloten is, moeten we ook morgen wildkamperen.
We geven onze ogen dus goed de kost voor een mogelijk plekje.
Misschien kunnen we morgenavond een slaapmutsje nuttigen in Het Jachthuis. Nu lopen we door, vanavond wil ik wildkamperen in de omgeving van Elspeet, nog maar 14 kilometer, dat is te doen. De Herv.- Geref. Kapel. Dat staat er tenminste op. Zondag is er een dienst zo te zien. We lopen Hoog Soeren uit en kijken en passant naar een mogelijke wildkampeerplek.
Ik zie een busje in het bos staan en twee mannen die iets onduidelijks doen. Zijn ze wormen aan het zoeken? Ook staan er overal bordjes in het bos. We lopen verder, maar een kilometer verderop krijg ik de schrik van mijn leven. Er liggen hier explosieven.
Wat is dit nu weer! Herkenbaarheid door hekken en lint. Nou hekken en lint heb ik niet gezien. En vanaf Hoog Soeren ook geen bord. Nou ja, we zitten nu toch middenin het ruimingsgebied, we kunnen nu net zo goed doorlopen. Wat een slechte tekst trouwens, inconsistent en onduidelijk. Vanaf restaurant De Echoput is het wel goed aangegeven met een groot hek en een bord ‘verboden toegang’. Vandaar dat we de hele middag geen levende ziel zijn tegengekomen. Overigens, hier moeten we morgen maar niet wildkamperen, ’t kon wel eens tamelijk ongezond zijn.
We steken de Apeldoornse weg (N344) over, nog 9,8 kilometer. Prachtige dode beuken staan en liggen er hier, vol met tonderzwammen. Een prachtig meertje, waar zijn de wilde zwijnen? Wegwijzer 505, een markant punt. Een klein meertje. Een uitrijcombinatie voor zogeheten ‘korthout’. Het is een Volvo en helaas geen Valmet (dit voor de liefhebbers). De Hooge Duvel, de boswachter woont ook niet verkeerd, alleen een beetje eenzaam. Een klein stukje hei, verder was het vandaag bijna allemaal bos, nog maar een kilometer of twee. Dat valt tegen, hier is het pas echt goed mis gegaan. Het halve bos ligt plat en het pad is nog niet geruimd. Over en onder de bomen door gaat het en waar het echt niet gaat, moeten we omlopen. Na veel klimwerk bereiken we het wildrooster en meteen daarna gaan we rechtsaf het bos in. We zitten hier nog geen kilometer van Elspeet vandaan, buiten het wildrooster en in redelijk dicht bebost gebied. Dit is een uitgelezen plekje om de nacht door te brengen.
Het is half zes en nog te licht om de tent op te zetten. We markeren de plek en lopen richting dorp. Eerst doen we boodschappen bij de Plusmarkt en daarna duiken we café ‘Het Vergulde Hert’ in. Eerst maar eens een welverdiend biertje en wachten tot het donker wordt. Tegen zevenen is dat het geval en in het aardedonker lopen we het bos in.
De aangebrachte markering werkt en snel zetten we onze tentjes op. Tegen half acht zit ik aan de kerriesoep. Even later laat ik mij de Spaghetteria Bolognese goed smaken.
De Griekse wijn bevalt me weer uitstekend. Het trekt zowaar een beetje open, ik zie de maan, het is 1e kwartier. Niet voor lang, het begint te regenen. Snel doe ik de afwas.
Ik hoor van Karel en Ab dat ze niet zoveel zin hebben om weer naar het dorp te lopen.
Ik vind het ook wel prima, we hebben er toch ruim 23 kilometer opzitten en daar komen de kilometers naar en van Elspeet nog bij. Ik bel nog even naar huis, toch wel bizar zo vanuit het donkere, regenachtige bos.